Welke wijnen kun je bewaren en hoe doe je dat thuis?

Moet elke wijn bewaard worden om lekkerder te worden?

Absoluut niet. Dit is een veelvoorkomend misverstand. Slechts een klein percentage van de wereldwijde wijnproductie is geschikt voor langdurige opslag. De meeste wijnen zijn gemaakt om direct van te genieten, waarbij hun jeugdige fruitigheid en frisheid het beste tot hun recht komen. Wijnen die niet bedoeld zijn om te bewaren, zullen niet verbeteren en kunnen zelfs hun kwaliteit verliezen als je ze te lang laat liggen.

Welke rode en witte wijnen zijn geschikt om te bewaren?

Rode wijnen om te bewaren

Geschikte rode wijnen hebben vaak een stevige structuur, goede tannines, voldoende zuurgraad en een geconcentreerde fruitigheid. Denk aan klassiekers die bekend staan om hun rijpingspotentieel:

• Bordeaux (vooral Grand Cru’s uit Médoc, St-Émilion, Pomerol)
• Barolo en Barbaresco uit Piemonte (gemaakt van Nebbiolo)
• Topwijnen uit Bourgogne (Pinot Noir)
• Rhône wijnen (zoals Hermitage, Châteauneuf-du-Pape)
• Bepaalde krachtige Syrah/Shiraz wijnen uit de Nieuwe Wereld

Witte wijnen om te bewaren

Bij witte wijnen zoek je naar een hoge zuurgraad, mineraliteit en een intense smaakconcentratie. Deze wijnen ontwikkelen complexe aroma’s naarmate ze ouder worden:

• Riesling (vooral uit Duitsland en de Elzas)
• Grote Bourgognes van Chardonnay (denk aan Meursault, Puligny-Montrachet)
• Sauternes en andere edelzoete wijnen (zoals Tokaji, Duitse Beerenauslese)
• Chenin Blanc (bijvoorbeeld uit de Loire, zoals Vouvray of Savennières)

Hoe lang kun je wijnen bewaren voordat ze over hun top zijn?

De bewaartijd varieert enorm en hangt af van vele factoren: druivensoort, oogstjaar, wijnmaker en de bewaarcondities. De meeste alledaagse wijnen drink je het beste binnen 1-3 jaar. Hoogwaardige bewaarwijnen kunnen 5-10 jaar mee.

Echt grote wijnen kunnen decennia lang, soms wel 20 tot 50 jaar of langer, prachtig rijpen. Een wijn is “over zijn top” als hij zijn fruitigheid verliest, vlak wordt, of onaangename geoxideerde tonen ontwikkelt die doen denken aan azijn of sherry.

Wat is de ideale plek om wijn thuis te bewaren zonder wijnkelder?

De ideale bewaaromstandigheden zijn: een constante temperatuur (tussen 10-15°C), donker, een luchtvochtigheid van 60-75% en geen trillingen. Kurken flessen leg je horizontaal om uitdroging te voorkomen.

Zonder kelder zijn er goede alternatieven:

• Een donkere kast in een onverwarmde kamer, zoals een slaapkamer of hal.
• De ruimte onder de trap, mits koel en donker.
• De beste oplossing is een wijnklimaatkast. Dit is een gecontroleerde omgeving die de omstandigheden van een wijnkelder nabootst. Een slimme investering voor de serieuze liefhebber.

Vermijd plekken als de keuken (grote temperatuurverschillen), bovenop de koelkast (warmte en trillingen), en direct zonlicht of felle verlichting.

Hoe weet je of een bewaarde wijn nog goed is om te drinken?

Je zintuigen zijn je beste instrument. Begin met kijken, dan ruiken en tenslotte proeven.

Visuele inspectie

Kijk naar de kleur. Oudere rode wijnen worden vaak lichter en krijgen een oranje-bruine rand. Witte wijnen worden donkerder, goudgeel tot amber. Extreme bruine tinten, vooral bij jonge wijnen, kunnen duiden op oxidatie. Controleer ook de kurk; een uitpuilende of lekkende kurk is een waarschuwingssignaal. Een beetje bezinksel (depot) is normaal bij oudere rode wijnen.

Geur en smaak

Ruik voorzichtig. Een muffe geur die doet denken aan nat karton duidt op ‘kurk’. Azijn-achtige of sherriesmaken wijzen op oxidatie. Een goed gerijpte wijn ruikt complex: denk aan leer, tabak, gedroogd fruit, aarde of paddenstoelen bij rood; honing, noten of gedroogde abrikozen bij wit. Proef een klein beetje: is de wijn in balans, fris en heeft hij nog een prettige afdronk? Of is hij vlak, zuur of bitter? Vertrouw op je gevoel.